Vanaf 6 maanden is vaste voeding noodzakelijk. Geeft je kindje al vroeger aan dat het aan vaste voeding toe is, door bijvoorbeeld smakkende geluidjes te maken, alles in zijn mond te stoppen en veel belangstelling te tonen voor jouw eten en drinken? Dan kan je eventueel voor de leeftijd van 6 maanden geleidelijk aan vaste voeding starten.
Ga snel naar
Wat is het beste moment om te starten?
Kies een rustig en ontspannen moment om de eerste keer lepelvoeding aan te bieden. Laat je baby wennen aan de nieuwe voedingsstructuur en smaak.
Vroeger starten dan 4 maanden met vaste voeding is niet aan te raden. De nier-, maag- en darmfuncties zijn dan nog niet voldoende ontwikkeld om voedingsstoffen uit vaste voeding te verteren. De eerste 6 maanden heeft een baby voldoende aan borstvoeding of een volledige zuigelingenvoeding. Bijvoeding is voor het leveren van voedingsstoffen in principe dan nog niet nodig.
De vaardigheden die nodig zijn voor het veilig aanvaarden, doorslikken en van een lepel eten, ontwikkelen zich pas tussen de leeftijd van 4 à 6 maanden. In die periode gaan de voedingsreflexen (zuigen en slikken) geleidelijk over in bewustere mondbewegingen. Je baby kan al wat zitten met weinig steun (voldoende hoofd-rompstabiliteit), vertoont interesse in voeding, heeft voldoende mondmotoriek en duwt de voeding met de tong niet meer naar buiten. Die periode is daarom een ‘gevoelige’ periode om je baby fijngemaakte voeding van een lepel te leren afhappen.
- Geef je borstvoeding, dan is het aan te raden te wachten tot je baby 6 maanden is. Want zodra je start met vaste voeding tijdens borstvoeding, vermindert je melkproductie omdat je baby minder drinkt. Wacht je tot je baby 6 maanden is, dan kunnen jij en je baby langer van de voordelen genieten. Langer uitstellen na 6 maanden is dan ook weer geen goed idee.
- Starten met vaste voeding is even wennen voor een baby. Is een papje (fruit- of groentepap) goed opgestart, dan vervangt die bij een baby die flesvoeding krijgt één flesje.
Tips voor het eten van lepelvoeding
Kies een rustig en ontspannend moment om de eerste keer lepelvoeding aan te bieden. Laat je baby wennen aan de nieuwe voedingsstructuur en smaak. Het ene kind leert sneller van een lepel te happen dan het andere.
Lepelvoeding
Een kleine hap, een grote stap
Indra en Charlotte zijn logopedisten, Lobke is kinderdiëtiste. Ze onderscheiden enkele voedingsmijlpalen voor de leeftijd van 1 jaar en delen tips om die vlot te overbruggen.
Lees het interview met Indra, Lobke en Charlotte
Baby-led weaning
Wil je je baby van bij de start zachte stukjes laten eten, wacht dan tot rond de leeftijd van 6 maanden en je baby er klaar voor is.
Meer over baby-led weaningStarten met fruit-of groentepap
Het maakt niet uit of je met fruitpap of met groentepap start. Is de ene pap goed opgestart, dan kan je de andere beginnen geven. Kies in het begin vooral voor zachte smaken Begin je rond de zesde maand met vaste voeding, dan heeft je baby zijn ijzervoorraad al opgebruikt en start je beter eerst met groenten.
Wist je dat?
Geef van bij de start van vaste voeding gevarieerde evenwichtige voeding en introduceer voedingsmiddelen met stoffen die mogelijke allergische reacties veroorzaken zoals notenpasta vanaf de start van vaste voeding (4 à 6 maanden), vis en ei (vanaf 6 maanden). Dit geldt zowel voor kinderen met als zonder allergische aanleg. Het uitstellen van deze voedingsmiddelen beschermt niet tegen het ontwikkelen van allergie tegen die stoffen, integendeel: de kans op allergie wordt zelfs groter. Bij borstvoeding blijft 6 maanden uitsluitend borstvoeding de aanbeveling gezien de vele gezondheidsvoordelen voor moeder en kind.
Hoe maak je fruitpap?
Kies voor zacht, zoet, vers en rijp seizoensfruit. Begin met vruchten zoals banaan, appel, peer, meloen, perziken, pruimen, ... Gaat dit goed, probeer dan gerust kiwi’s, citrusvruchten, mango, ... Wissel af.
Meer over fruitpap
Hoe maak je groentepap?
Start het best met licht verteerbare groenten zoals witloof, bloemkool, wortelen, courgette, pompoen, tomaat, spinazie, ...
Meer over groentepapPotjesvoeding is vrij duur, maar heeft ook zijn voordelen.
Wist je dat?
Een goede regel: je kind bepaalt niet wat er op tafel komt, maar wel hoeveel hij of zij eet. Je kind kan zelf voelen hoeveel eten het nodig heeft. Dit verschilt van kind tot kind en per periode.
Bewaren en heropwarmen van restjes verhoogt het risico op infecties
Hou geen restjes fruit- en groentepap voor de volgende dag en vries ze niet in, want ze verliezen een belangrijk deel van hun voedingswaarde. Wil je uitzonderlijk toch restjes bewaren en opwarmen, lees dan zeker alle tips.
Extra drinken
In melkvoeding zit voldoende vocht. Het is daarom niet nodig om je baby tussendoor extra water (of andere dranken) te geven. Eet je kindje al goed vaste voeding dan mag het na die vaste voeding wel enkele slokjes melkvoeding of water drinken als het dit wenst.
Gluten
Zodra je start met vaste voeding mogen, ongeacht borst-of flesvoeding, geleidelijk gluten toegediend worden en dat alleszins voor de leeftijd van 12 maanden. Gluten is een eiwit dat voorkomt in een aantal graansoorten (vb. tarwe, rogge, haver en gerst) alsook in hun afgeleide producten.
- Gluten kan je geven door glutenbevattende ongezoete kindermelen, -vlokken, -granen of koek in de fruit- of groentepap te mengen of door aardappelen of rijst af en toe te vervangen door goedgekookte pasta.
- Varieer voldoende in soorten zetmeelbronnen waarbij deze niet enkel vervangen worden door vaste voedingsmiddelen op basis van rijst. Rijstproducten kunnen hoge concentraties arseen bevatten.
Inspiratie nodig?
Wij bundelen gezonde recepten voor de eerste hapjes tot gerechten voor peuters en kleuters en vertalen ook enkele basistips voor vaste voeding.
