Veiligheidsopvoeding
Geleidelijk aan kan je een peuter op zijn niveau confronteren met de risico's die je voordien volledig afschermde omdat hij die nog niet inschatten. Je kan bv. het traphekje verwijderen als een kind goed kan stappen en je het hebt geleerd om achteruit de trap af te dalen. Is het kind nog een stapje verder dan leer je het vooruit de trap afgaan terwijl het de leuning vasthoudt. Een ander voorbeeld is om een kind te laten meehelpen om de tafel te dekken door hem de lepels te laten geven, maar waarbij je dit nog niet doet met de messen.
Veiligheidsopvoeding wordt belangrijker hoe ouder de baby wordt! Een kind van 2 jaar begrijpt al veel van wat er wordt gezegd. Korte zinnetjes en telkens dezelfde woorden leren hem wat kan en niet kan. Maar waarschuwen alleen is niet voldoende, bescherming is absoluut noodzakelijk.
Tips
- Gebruik duidelijke en vaststaande regels en uitdrukkingen voor welbepaalde gevaren, bv. blijf van vuur af, je kan je verbranden.
- Alles verbieden werkt remmend. Een verbod zonder uitleg helpt het kind niet verder. De kachel is heet, niet stout. Daarom moet een kind eraf blijven.
- Leer het kind stap voor stap en afhankelijk van zijn mogelijkheden gevaar te herkennen en er mee om te gaan. Bv. Laat het werken met een schaar met ronde punten.
- Voorbeeldgedrag is belangrijk in de veiligheidsopvoeding. Tijdens zijn leerproces bootst het kind gedrag na. Neem dus zelf steeds een veilige houding aan.