- Ga eerst na of je baby echt nog honger heeft. Drinkt hij of zij gewoon te vlug, laat hem dan trager drinken door de speenopening te verkleinen of de dop wat harder aan te schroeven. Wil hij nog zuigen, geef hem dan zijn fopspeen of een knuffeltje. Willen zuigen betekent niet altijd honger hebben.
- Heeft je baby inderdaad nog honger, geef hem of haar dan iets meer melk.
- Blijft je baby onverzadigbaar, bespreek dit probleem dan met je arts of verpleegkundige.
- Verander niet op eigen houtje van soort voeding.
- De samenstelling van een voeding heeft weinig invloed op het verzadigingsgevoel. Er iets aan toevoegen helpt ook niet. Vooral de mate waarin de maag gevuld is, bepaalt hoeveel de baby drinkt.
- Er bestaan heel wat voedingen die aangeprezen worden bij moeilijk te verzadigen baby's. Hiervoor is echter weinig wetenschappelijk bewijs. Voeg zelf geen meel of suiker toe. Hierdoor verandert de evenwichtige samenstelling van de voeding. Zuigelingenvoeding bevat alle voedingsstoffen die het kind nodig heeft.
Steviolglycosiden (beter bekend als Stevia) zijn extracten uit de blaadjes van de steviaplant, een plant uit Zuid-Amerika. Deze zoetstof:
- is 200 tot 300 keer zoeter dan gewone suiker
- heeft geen effect op de bloedsuikerspiegel en is daarom geschikt voor mensen met diabetes
- is tandvriendelijk
- is van natuurlijke oorsprong (niet synthetisch zoals aspartaam of cyclamaten)
- is veel duurder dan suiker
- heeft een bittere, drop-achtige nasmaak die niet door iedereen geapprecieerd wordt. De bitterheid neemt af als stevia wordt gemengd met suikers zoals sacharose, fructose of glucose.
- levert geen calorieën. Producten waarin stevia is verwerkt, bevatten wel calorieën omdat in het algemeen maar een derde van de suiker vervangen kan worden door stevia omwille van de bittere nasmaak. Producten gezoet met Stevia hebben wel vaak tot 30% minder calorieën dan vergelijkbare producten.
- is hittestabiel dus ook geschikt voor gekookte en gebakken producten.
Stevia mag sinds 2011 in de Europese Unie gebruikt worden. Het is een veilige zoetstof zolang het gebruik onder de aanvaardbare dagelijkse inname blijft. Het is niet omdat stevia uit planten gehaald wordt en dus 'natuurlijk' is, dat het onbeperkt kan gebruikt worden. De aanvaardbare dagelijkse inname is op advies van de European Food Safety Authority (EFSA) vastgelegd op 4 mg/kg lichaamsgewicht per dag. In de Europese wetgeving staat voor welke producten het gebruik is toegestaan: in light frisdranken en light bier, yoghurtdranken, ijs, desserts, vruchtennectar, confituur, snoep, chocolade, kauwgom, salades, soepen, sauzen en tafelzoetstoffen. Het is wettelijk verplicht de aanwezigheid te vermelden in de ingrediëntenlijst op het etiket. Voor voedingsmiddelen met steviolglycosiden moet er staan: 'zoetstof: steviolglycosiden' of 'zoetstof: E960'.
Bij kinderen wordt de aanvaardbare dagelijkse inname sneller bereikt. We raden voor kinderen het gebruik van (kunstmatige) zoetstoffen, ook stevia, af.
Zwangerschap en geboorte Vaste voeding Thema's van Kind en Gezin
Vergunning
- Wanneer de regelgeving over kinderopvang niet wordt nageleefd, zal Opgroeien vragen om dit in orde te brengen. Gebeurt dit niet of is er een onmiddellijk gevaar voor de kinderen, dan kan Opgroeien de vergunning van de opvang intrekken. Opgroeien kan ook boetes geven.
- Naast de voorwaarden die in de regelgeving staan, geeft Opgroeien ook heel wat aanbevelingen. Deze aanbevelingen zijn gebaseerd op wetenschappelijke informatie. Omdat aanbevelingen niet letterlijk in de regelgeving opgenomen zijn, kan Opgroeien ze niet afdwingen. De opvang beslist zelf of ze de aanbevelingen volgt of niet. De opvang kan voor een goed overwogen alternatief.
Aansprakelijkheid
Hou rekening met je aansprakelijkheid. Wanneer in de opvang een fout wordt gemaakt waardoor iemand schade lijdt, dan kan een rechter de opvang aansprakelijk stellen.
Een fout kan bestaan uit:
- het niet naleven van een rechtsregel, bv. wanneer de fysieke of psychische veiligheid van kinderen in het gedrang komt
- onzorgvuldig of onverantwoord handelen. Hier gaat een rechter na of de opvang zich als ‘verantwoord handelend persoon’ heeft gedragen. De rechter kan zich hiervoor baseren op de aanbevelingen van Opgroeien.
Wat moet de opvang doen als een minderjarige of een dronken ouder een kind komt ophalen?
De opvang is verantwoordelijk voor de veiligheid van de opgevangen kinderen. Je moet handelen als elke andere voorzichtig handelende persoon. Dit betekent dat je de concrete situatie inschat:
-
Ben je ervan overtuigd dat elke andere voorzichtige persoon het kind zou meegeven, dan doe je dat.
-
Heb je twijfels over de veiligheid van het kind, dan ga je best samen met de ouder na of er geen andere oplossing mogelijk is. Bijvoorbeeld:
-
Wanneer een zeer jong kind een ander kind afhaalt, nagaan of er geen andere volwassene is die het kind kan afhalen
-
Wanneer een ouder die het kind komt halen dronken is, maar nog aanspreekbaar, voorstellen om na een uurtje terug te komen of de partner verwittigen
-
-
Oordeel je dat er een gevaar is voor het kind, dan geef je het kind niet mee.
Tip: Neem de aanpak op in het huishoudelijk reglement. Dit is niet verplicht.
Kinderopvang voor professionelenWat zijn de belangrijkste aandachtspunten bij maaltijden in de kinderopvangsector voorzien door een externe leverancier?
Aandachtspunten voor de kinderopvang
- Als kinderopvang zorg je dagelijks voor gezonde maaltijden aangepast aan de leeftijd van de kinderen. Jij blijft hiervoor verantwoordelijk, ook al werk je samen met een externe leverancier.
- Maak goede afspraken voor je met een leverancier in zee gaat. Bv. over de samenstelling van het weekmenu, aangepaste maaltijden voor een kind met voedingsallergie, vegetarisme, halal, …
- Volg de voedingsadviezen van Kind en Gezin om de best mogelijke keuzes te maken. Deze adviezen zijn gebaseerd op recente wetenschappelijke inzichten over voeding bij zeer jonge kinderen. Omdat hun lichaam nog in volle ontwikkeling is, hebben zij andere voedingsbehoeften dan grotere kinderen en volwassenen. In de adviezen is ook rekening gehouden met de adviezen van de Hoge Gezondheidsraad en van de voedingsdriehoek.
- Maak ook duidelijke afspraken over de voedselveiligheid.
- Elk kind kiest hoeveel het eet. Sommigen hebben een grotere eetlust dan anderen, en de eetlust van één kindje kan variëren naargelang de periode.
Aandachtspunten voor de traiteur
- Kies voor verse voedingsmiddelen.
- Vermijd het gebruik van zout. Te veel zout eten is ongezond en belast de nieren van jonge kinderen. Zonder toegevoegd zout leert de baby de natuurlijke smaak van de voeding ook beter kennen. Dit geldt ook voor bouillonblokjes die vooral uit extracten bestaan.
- De bereidingswijze heeft invloed op de smaak. Stoom, pocheer of rooster de producten of bereid ze in eigen nat om de natuurlijke smaak te behouden. Voeg een beetje vetstof toe.
- Je kan zachte kruiden toevoegen aan de maaltijd.
- Afhankelijk van de leeftijd kan je het assortiment kruiden uitbreiden met sterker smakende kruiden en pikante specerijen.
- Kies best voor weinig of niet bewerkte producten, want bewerkte producten bevatten vaak veel zout en additieven.
- Vermijd het gebruik van ongezonde vetten.
- Vette sauzen zijn niet geschikt voor jonge kinderen, omdat ze vaak bereid worden met vette ingrediënten en zout.
- Hou bij de samenstelling van het weekmenu en de textuur van de maaltijden rekening met de leeftijd van de kinderen.
- Bouw de hoeveelheid vlees/vis/eiwitvervangers stapsgewijs op.
- Maak het menu duurzamer.
Bijten komt regelmatig voor bij kleine kinderen in de kinderopvang. Vooral in een groep bijten ze soms letterlijk van zich af. Bijten kan ook een manier zijn om contact te zoeken met andere kinderen. Dit gedrag heeft met de ontwikkeling van het kind te maken. Stilaan leert het wat wel en niet kan in het omgaan met andere kinderen.
Tips voor begeleiders
- Bied de nodige structuur en duidelijkheid. Dit geeft een kind een gevoel van veiligheid en rust: een overzichtelijke inrichting, vaste momenten, duidelijke regels, informatie over wat er gaat gebeuren.
- Door te verwoorden wat er gebeurt, beseft een kind soms dat het zich anders moet gedragen. Een kind heeft niet altijd zicht op zichzelf, de groep en de gevolgen van zijn gedrag.
- Soms komt ongewenst gedrag voort uit verveling en nietsdoen. Geef tijdig spelimpulsen die de kinderen uitdagen.
Goed verzorgen van de bijtwonde
- Een goede wondzorg primeert. En dit moet samengaan met het bekijken van de vaccinatiestatus van het kind.
- Een kind met een open, bloedende bijtwonde moet naar de huisarts of kinderarts. Bloedt het kind niet, dan kan eventueel afgewacht worden. De huisarts of kinderarts beslist over de verdere stappen.
- Meer informatie op Gezondheid en wetenschap/Eerste hulp bij een mensenbeet
Goed overleg met de ouders
- Leg uit waarom bijtgedrag voorvalt: het hoort bij de ontwikkeling en een kind leert dat dit niet mag.
- Voor een kind dat bijt:
- een gezamenlijke aanpak thuis en in de opvang helpt. Bekijk samen wat haalbaar en wenselijk is voor het kind
- Voor een kind dat gebeten werd:
- Leg uit hoe het is voorgevallen, waar en wanneer.
- Verduidelijk welke stappen je neemt om het bijtgedrag te voorkomen.
De kinderopvang moet alle kinderen jonger dan 1 jaar op de rug te slapen leggen. Bij een medische reden kan daarvan afgeweken worden. Dit is een van de maatregelen om wiegendood te voorkomen.
Ouders die een kind hebben dat gewoon is om op de buik of zij te slapen bespreken dit best met de opvang. Met een gezamenlijke aanpak kan je het kind leren op de rug slapen.
- Als ouders de rugligging willen aanleren, dan kan dit geleidelijk aan gebeuren. Een gezamenlijke aanpak thuis en in de opvang heeft het meeste kans op succes.
- Bij sommige kinderen vraagt deze aanpassing heel wat geduld en doorzettingsvermogen, maar uiteindelijk leren de meeste kinderen op de rug slapen.
- Zolang het kind in de overgangsperiode op de buik slaapt, raden we verhoogd toezicht aan. Laat de baby dicht in de buurt slapen en ga regelmatig kijken, luisteren en voelen.
- Blijven de ouders ondanks de inspanning toch kiezen voor buik- of zijligging of het lukt niet om het kindje op de rug te leren slapen, dan is er het attest slaaphouding. De opvang is niet verplicht om deze uitzondering toe te staan.
Tip: Je kan het attest ook gebruiken voor de beperkte overgangsperiode waarin je stap voor stap het kind op de rug leert slapen. Vul het attest dan aan met de termijn van deze overgangsperiode.
Kinderopvang voor professionelenDe kinderopvang gebruikt het etiket van de apotheker op de originele verpakking van het geneesmiddel met vermelding van de naam van de voorschrijvende arts. Dit is essentieel voor een correcte toediening.
Is toediening van het geneesmiddel in de opvang noodzakelijk en ontbreekt de naam van de voorschrijvende arts op het etiket? Verwijs de ouders naar de apotheek om de ontbrekende info op het etiket te vervolledigen.
Kinderopvang voor professionelenDe organisator is wettelijk verplicht om een aantal situaties aan zijn klantenbeheerder melden. Op onze webpagina vind je wat je moet melden en hoe je dat doet.
Kinderopvang voor professionelenIk wil kinderen opvangen bij mij thuis. Hoe word ik onthaalouder (ook kinderbegeleider gezinsopvang genoemd)? Of hoe start ik een gezinsopvang?
Er zijn twee mogelijkheden:
- Je kan je aansluiten bij een organisator kinderopvang (een dienst voor onthaalouders). Jij vangt de kinderen op, veelal bij je thuis, maar het kan ook op een andere locatie. De organisator betaalt jouw kostenvergoeding, regelt je sociale zekerheid en neemt het meeste van de administratie op zich.
- Je kan zelf organisator gezinsopvang worden. Je werkt dan als zelfstandige en staat in voor de volledige organisatie en administratie van je eigen gezinsopvang.
Lees er meer over op onze website.
Starten met kinderopvang