Groei en groeicurves

De groei is een belangrijke indicator voor de gezondheid van het kind. Een regelmatige opvolging van het gewicht, de lengte en de hoofdomtrek van het kind is dan ook van groot belang.

Ga snel naar

    Hoe wordt er gemeten op het consultatiebureau?

    Het gewicht en de hoofdomtrek zullen gemeten worden door de verpleegkundige op huisbezoek. In het consultatiebureau zal de vrijwilliger je kind wegen en meten en wordt de hoofdomtrek gemeten door de arts of de verpleegkundige. In het Kindboekje worden de meetgegevens genoteerd. 

    Deze meetgegevens worden automatisch overgezet op groeicurven in het elektronisch dossier van je kind. Je kan een samenvatting van het elektronisch dossier bekijken via My Health Viewer, als je de toestemming hebt gegeven voor gegevensdeling. Vraag hierover meer informatie bij de verpleegkundige van Kind en Gezin of lees meer over dossier en inzagerecht.

    Lengte en gewicht worden later door de verpleegkundige en arts van het CLB op regelmatige tijdstippen verder opgevolgd. 

    Opvolging van groei wordt gecombineerd met een grondig klinisch onderzoek, een voedingsanamnese en een ontwikkelingsonderzoek. Deze aspecten samen geven een zo goed mogelijk beeld van de gezondheid van het kind.

    Vlaamse referentiecurven

    Als instrument om de groei te evalueren gebruiken we curven voor gewicht, lengte en hoofdomtrek en bijkomend de gewicht over lengte curve voor kinderen onder 2 jaar en de BMI curve voor kinderen vanaf 2 jaar.

    Een grootschalig bevolkingsonderzoek in Vlaanderen leidde tot de Vlaamse groeicurven, die representatief zijn voor de kinderen die opgevolgd worden bij Kind en Gezin.

    Deze Vlaamse groeicurven worden sinds mei 2014 op een andere wijze gebruikt, door de meetwaarden en de evolutie ervan niet in percentielen maar in standaarddeviatiescores (SDS) op te volgen.

    Groei tijdens het eerste levensjaar

    Het eerste levensjaar is de meest intenste groeiperiode, en dit voor alle parameters.

    • Op 5 maanden weegt een baby meestal het dubbele van het geboortegewicht.
    • Op 12 maand s het gewicht verdrievoudigd en is de lengte met de helft toegenomen.

    De hoofdomtrek wijzigt minder uitgesproken, in vergelijking met de toename in gewicht en lengte.

    Groei tijdens het tweede levensjaar

    Vanaf het tweede levensjaar vermindert de groeisnelheid. Dit zie je ook in de groeicurven: na de intense groei tijdens het eerste levensjaar is er een geleidelijke 'afvlakking' van lengte en gewicht.

    Ook andere factoren wijzigen, o.a.

    • relatief minder voedselinname vergeleken met de jongere leeftijdsgroep
    • meer activiteit en beweging
       

    Groei bij borstvoeding

    Het opvolgen van de groei bij borstgevoede kinderen kan gebeuren aan de hand van populatie specifieke referentiecurven (zoals de Vlaamse groeicurven) of groeistandaarden (zoals de WHO groeicurven). Beide hebben voor- en nadelen en vragen een correcte interpretatie.  

    De Vlaamse groeicurven zijn gebaseerd op basis van populatie specifieke kenmerken en beschrijven hoe de groei van een Vlaams kind verloopt. Ze maken daarbij geen onderscheid in het voedingstype (borstvoeding, kunstvoeding).  

    De WHO-groeistandaarden zijn gebaseerd op meetgegevens van kinderen uit 6 landen wereldwijd, die aan een aantal kenmerken voldeden: minstens 1 jaar borstvoeding, waarvan de eerste 4 maanden uitsluitend of overwegend borstvoeding, niet-rokende moeder, gezonde leefomgeving, goede toegang tot borstvoedingsbegeleiding en gezondheidszorg, geen ziekte die de groei kan beïnvloeden (zoals herhaaldelijk diarree). Deze groeicurven voorspellen hoe een kind in optimale omstandigheden zou moeten groeien.  

    Kinderen die uitsluitend borstvoeding krijgen, vertonen, in vergelijking met kinderen die kunstvoeding krijgen, in de eerste 12 à 16 weken een snellere en nadien een tragere gewichtstoename. Bij de interpretatie van de Vlaamse groeicurven moet hiermee rekening gehouden worden.  

    Voor beide groeicurven geldt dat, wanneer een kind de curve niet volgt, moet nagegaan worden of de afwijkende groei beïnvloed wordt door medische oorzaken (ziekte bij moeder of kind), door een niet optimale borstvoeding (te lage frequentie, niet efficiënt drinken, …) dan wel dan wel door populatieverschillen (genetisch) of omgevingsfactoren. 

    Binnen de dienstverlening van Kind en Gezin wordt ervoor gekozen om de groei van alle kinderen op te volgen aan de hand van de Vlaamse groeicurven. Daarnaast kan het nuttig zijn om de groei van borstgevoede kinderen eveneens op de WHO-groeistandaard uit te zetten en beide curves te vergelijken. Via de website van WHO kunnen de groeistandaarden afgedrukt worden. Er bestaan verschillende apps die de evolutie van de groei van je baby tonen op basis van de WHO-groeicurven. Sommige hiervan zijn gratis, andere zijn betalend. De kwaliteit en het gebruiksgemak ervan lopen sterk uiteen, alsook de wetenschappelijke juistheid en betrouwbaarheid. Je kan steeds zelf een app installeren en de groei van je kind opvolgen. Enkele voorbeelden zijn Growth (IOS) en childgrowthtracker (Android).

    Groei bij te vroeg geboren kind

    Het is verwarrend en moeilijk voor ouders van een te vroeg geboren kind als de groei van hun kind vergeleken wordt met de groei van een op tijd geboren baby.

    Voor te vroeg geboren kinderen wordt de weergave van de meetwaarden daarom aangepast, rekening houdende met het aantal weken prematuriteit. Zo wordt de geleidelijke inhaalgroei, die kan duren tot de peuter-kleuterleeftijd, duidelijk zichtbaar gemaakt op de groeicurve.