Bof

Bof is een virusziekte die vaak op een verkoudheid lijkt.
Typisch zijn de gezwollen speekselklieren voor het oor.
Na het doormaken van bof ben je er waarschijnlijk levenslang tegen beschermd.
 

• een dikke wang en hals gedurende zeven tot tien dagen
• koorts
• pijn in of achter het oor en keelpijn, vooral bij kauwen en slikken
• soms uitsluitend symptomen van een verkoudheid (snotneus en/of hoesten)

Bij een derde van de gevallen verloopt bof zonder symptomen. Ook in dat geval ben je toch besmettelijk voor anderen.

Het virus verspreidt zich via de lucht en door direct contact met speeksel van een besmette persoon.
De ziekte is besmettelijk vanaf vijf dagen voor tot negen dagen na het begin van de zwelling.
 

Het vaccin tegen bof is opgenomen in het vaccinatieschema van de Hoge Gezondheidsraad. De vaccinatie gebeurt op de leeftijd van 12 maanden en een tweede dosis op de leeftijd van 10 tot 13 jaar.

Zorg voor een goede algemene hygiëne.
Breng alle ouders van kinderen in de opvang op de hoogte als er bof in de opvang is vastgesteld.

Een kind met bof kan ten vroegste vijf dagen na het begin van de zwelling weer naar de opvang komen. Het is weinig zinvol om een niet-gevaccineerd kind te weigeren als er een geval van bof in de opvang is.
 

Bof kan ernstige complicaties veroorzaken zoals doofheid, hersenvliesontsteking, teelbalontsteking (met als mogelijke complicatie sterilisatie bij jongens) en alvleesklierontsteking (pancreatitis). Deze laatste vier complicaties zijn vrij zeldzaam en treden vooral op wanneer de ziekte zich voordoet na de puberteit. Bofinfectie tijdens de eerste termijn van de zwangerschap wordt geassocieerd met een verhoogde kans op een miskraam.