Mag de verwarming een graadje lager in de opvang?

De energiecrisis is heel actueel. Iedereen wil zijn verwarming lager zetten om energie te besparen. Kan dit in de kinderopvang? Een veel gestelde vraag waarop we hier een antwoord geven. 

Kijk of de temperatuur voor de kinderen aangenaam en comfortabel is

  • Je kan zelf kiezen op welke temperatuur je de thermostaat instelt. Er staat in de regelgeving geen minimumtemperatuur voor de kinderopvang. 
  • In de huidige energiecrisis kan het interessant zijn om de verwarming een graadje lager te zetten. Het welbevinden van de kinderen is hierbij belangrijk.  
    • De meeste kinderen hebben een comfortabel gevoel tussen 20 °C en 22 °C, bij een normale speelactiviteit en met aangepaste kledij.
    • Voor een slaapruimte is 18 °C een ideale temperatuur.
    • De voetjes zijn de meest betrouwbare plaats om te voelen bij twijfel of je baby het voldoende warm heeft. Voelen die prettig lauw aan dan is het in orde. Koude handen zijn niet ongewoon, die liggen namelijk meestal bloot en voelen daardoor sneller fris aan. Als je baby zweet heeft hij of zij het te warm.

Tips

  • Warme lucht stijgt. Op de speelmat op de grond zal het wat koeler zijn dan op “volwassen” hoogte. 
  • Een actieve baby of peuter heeft het sneller warm dan een kind dat stil ligt of zit.
  • Ga wat vaker buiten spelen. Als je uit de kou naar binnen komt, dan voelt het snel lekker warm.
  • Zorg voor een goed evenwicht tussen kledij, bedmateriaal en omgevingstemperatuur. (Zie tips over veilig slapen

Let op met alternatieve verwarmingssystemen: gas- of petroleumkacheltjes, elektrische bijverwarming

  • Groepsopvang
    • De brandveiligheidsvoorschriften verbieden deze alternatieve verwarmingssystemen.
    • Enkel deze niet-verplaatsbare systemen zijn toegestaan:
      • centrale verwarming
      • elektrische verwarming zonder zichtbare weerstand
      • gesloten individuele (water)verwarmingstoestellen die aangesloten zijn als een type C met externe aanvoer van buitenlucht en externe afvoer van verbrandingsgas
  • Gezinsopvang
    • zorgt voor maatregelen om brand te voorkomen 
    • maakt een risicoanalyse en sluit de onaanvaardbare risico’s uit
    • vermijdt (verplaatsbare) kachels of toestellen met een open vlam. Ze houden heel wat risico's in:
      • Brandgevaar: vrijstaande toestellen kunnen omgestoten worden en vergroten het risico op brand.
      • Verbranding: deze toestellen worden heet.
      • CO-vergiftiging: een goede rook- of gasafvoer en voldoende verluchting zijn noodzakelijk.  
    • Op de website Is mijn woning brandveilig vind je meer info: "gebruik nooit verplaatsbare toestellen op petroleum, kerosine of gas. Ze zijn heel gevaarlijk want ze hebben geen schoorsteen of rookafvoerpijp.  Ze verbruiken zuurstof uit je kamer, waarna de verbrandingsgassen in die kamer terecht komen."