Het basisvaccinatieschema

Het is belangrijk om je kind te laten vaccineren, zodat je kind beschermd wordt tegen gevaarlijke infecties. Bovendien beschermen vaccinaties niet alleen je kind, maar ook het gezin en de omgeving. Kind en Gezin volgt het advies van de Hoge Gezondheidsraad en beveelt het volledige basisschema aan, maar respecteert de keuze van de ouders.

Ga snel naar

    Welke infectieziekten zitten in het basisvaccinatieschema?

    Kind en Gezin volgt het aanbevolen vaccinatieschema van de Hoge Gezondheidsraad (HGR) voor kinderen van 0-6 jaar dat beschermt tegen volgende infectieziekten:

    • Poliomyelitis (kinderverlamming)
    • Difterie (kroep)
    • Tetanus (klem)
    • Pertussis (kinkhoest)
    • Haemophilus influenzae B en meningokokken type ACWY (bacteriën die hersenvliesontsteking en bloedvergiftiging kunnen veroorzaken)
    • Hepatitis B (leverontsteking)
    • Mazelen
    • Bof (dikoor)
    • Rubella (rodehond)  
    • Pneumokokken (bacteriën die onder andere hersenvliesontsteking, longontsteking, middenoorontsteking en bloedvergiftiging kunnen veroorzaken)
    • Rotavirus (virus dat maagdarmontsteking met diarree veroorzaakt)
    De verpleegkundige registreert de vaccinatiegegevens van een kind in haar laptop in het consultatiebureau
    Verplicht poliovaccin en polioattest

    Bij de geboorteaangifte zit een polioattest om in te vullen na de vaccinatie op 15 maanden. Bezorg het aan de dienst Bevolking van je gemeente vóór je baby 18 maanden wordt

    Meer over registratie
    Wat met vaccins die niet in het basisvaccinatieschema zitten?

    Naast de vaccins uit het basisschema bestaan er nog andere vaccins, bijvoorbeeld tegen meningokokken B, hepatitis A, windpokken en reisvaccinaties. Deze zijn niet opgenomen in het Vlaamse vaccinatieschema en worden niet voorgeschreven of toegediend in het consultatiebureau van Kind en Gezin. Je kunt ze aan je kind laten geven voor zijn of haar individuele bescherming. Raadpleeg hiervoor je behandelend arts.

    Wanneer krijgt je kind de vaccins?

    Een volledige overzicht van de aanbevolen vaccinaties en de leeftijd waarop je bepaalde vaccins moet krijgen, vind je in het basisvaccinatieschema. Dit vaccinatieschema wordt aanbevolen door Kind en Gezin, departement Zorg en de Hoge Gezondheidsraad van België. In onderstaand vaccinatieschema zie je wanneer je kind de vaccinaties bij Kind en Gezin krijgt. 

    • Kind en Gezin voorziet geen extra afspraken om op andere leeftijden te vaccineren dan op de voorziene consultmomenten, tenzij een vaccin om medische reden werd uitgesteld.
    • Als je het poliovaccin via een apart vaccin laat toedienen (in plaats van een combinatievaccin) zijn er ook drie wettelijk verplichte dosissen: 2 dosissen met 8 weken tussentijd tijdens het eerste levensjaar en een derde dosis tussen de leeftijd van 12 en 18 maanden met een minimum interval van 6 maanden na de tweede dosis . Een herhalingsinenting wordt aanbevolen op de leeftijd van 5-6 jaar, maar is niet wettelijk verplicht.

    Wie vaccineert je kind?

    Een kindje kan gevaccineerd worden: 

    1. in een consultatiebureau van Kind en Gezin (tot 3 jaar)
    2. bij de huisarts
    3. bij de kinderarts

    Gaat je kind naar school? Dan wordt je kind gevaccineerd tijdens het medisch onderzoek door het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB), bij de huisarts of bij de kinderarts.

    Belangrijke aandachtspunten bij vaccinatie

    1. Respecteer de leeftijden van het vaccinatieschema.
      Start met vaccineren op 8 weken. Hoe langer je hiermee wacht, hoe groter de kans dat de infectie reeds toeslaat. Van sommige vaccins heb je meer dan 1 dosis nodig om voldoende lang beschermd te zijn. Zo duurt het enkele maanden vooraleer je baby volledig beschermd is en voor een voldoende lange periode. Pasgeboren baby's worden niet gevaccineerd. Je baby kreeg tijdens de zwangerschap belangrijke antistoffen mee van de mama. Ben je later gestart met inenten? Weet dat je de bescherming op elke leeftijd kan beginnen opbouwen. Het is nooit te laat om je baby te laten inenten.
    2. Ben je als mama draagster van het hepatitis B-virus?
      Dan wordt je baby wel tegen hepatitis B gevaccineerd na de geboorte. Eén vaccin volstaat niet, later zijn er nog dosissen nodig. Die worden toegediend volgens het basisvaccinatieschema
    3. Hou rekening met het interval tussen 2 vaccinaties.
      De noodzakelijk tijd tussen 2 vaccinaties respecteren is belangrijk voor een goede bescherming. Een interval verlengen is soms mogelijk (bv. als je kind ziek is), een interval verkorten kan niet.
    4. Vaccineren bij ziekte
      Een verkoudheid, hoesten, een milde ziekte of een antibioticakuur zijn geen reden om niet te vaccineren. Is je kind matig of goed ziek al of niet met koorts? Wacht dan best met de vaccinatie. Zo kan je symptomen van de ziekte goed onderscheiden van eventuele bijwerkingen van het vaccin. Zodra je kind beter is, kan het vaccin toegediend worden. 
    5. Een ernstige allergische reactie op een vorig vaccin is wel een reden om ditzelfde vaccin niet meer opnieuw toe te dienen
    6. Als de baby lijdt aan een immuniteitsstoornis (vermindering van de natuurlijke weerstand, zoals aids, congenitale immuundeficiënties ...) of een andere ernstige aandoening heeft, meld dit altijd vooraf aan de arts.

    Hoeveel kosten de vaccins?

    Alle vaccins in het vaccinatieschema die Kind en Gezin toedient zijn gratis, behalve de vaccins tegen het rotavirus. Dit vaccin dien je zelf aan te kopen bij de apotheek.

    Voor het rotavirusvaccin is er een gedeeltelijke terugbetaling door het Rijksinstituut voor Ziekte en Invaliditeitsverzekering (RIZIV). Je betaalt dan ongeveer 12 euro per dosis. Om van deze terugbetaling te kunnen genieten moet je kind jonger dan 6 maanden zijn.